Commissie: kinderopvang
Categorie: opzegging overeenkomst
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: ongegrond
Referentiecode:
230488/244551
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De consument heeft de opvangovereenkomst voor haar zoon op 25 juli 2023 opgezegd. De consument verlangt een verrekening van opvangdagen omdat haar vanaf 25 juli 2023 de toegang tot de opvang werd ontzegd. De ondernemer bevestigt dat de consument na 25 juli 2023 de toegang tot de opvanglocatie is ontzegd. Op die datum heeft de consument zich agressief, scheldend en dreigend op de opvanglocatie gemeld toen zij de spullen van haar zoon kwam ophalen. De zoon bleef welkom op de opvang maar hij is vanaf 25 juli 2023 niet meer gebracht. Gelet op de opzegtermijn van een maand was er tot 26 augustus 2023 nog een opvangplaats voor de zoon bij de ondernemer beschikbaar. De commissie oordeelt als volgt. De consument dient bij de opzegging van de overeenkomst, op grond van de geldende algemene voorwaarden, ermee rekening te houden dat een opzegtermijn van een maand geldt. Over die periode geldt ook een betalingsverplichting (tot en met 25 augustus 2023). De commissie oordeelt de klacht ongegrond.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de opvangovereenkomst voor haar zoon opgezegd. Het geschil betreft de vraag of de consument aan de ondernemer kosten verschuldigd is voor de dagen waarop haar de toegang tot de opvanglocatie geweigerd is.
Standpunt van de consument
Voor zover aan de commissie voorgelegd behelst de klacht het volgende. De zoon van de consument werd vier dagen per week opgevangen door de ondernemer. Op 25 juli 2023 is de zoon om oneigenlijke redenen geweigerd op de opvang. Op 25 juli 2023 had de zoon last van een ontstoken oog waardoor een huisartsbezoek in de ochtend nodig was. Toen de partner van de consument de zoon die dag om 12.00 uur bij de opvang bracht werd hem te kennen gegeven dat het niet toegestaan was de zoon later te brengen omdat de vakantieregeling van de ondernemer van toepassing zou zijn. De consument heeft die dag vrij moeten nemen van haar werk om haar zoon op te vangen. Uit onvrede over de situatie heeft de consument de opvangovereenkomst voor de zoon opgezegd. De consument heeft de ondernemer per app een bericht gestuurd dat zij een gesprek wenste en heeft de spullen van haar zoon op 25 juli 2023 bij de opvanglocatie opgehaald. Er is toen, buiten de schuld van de consument, een ruzieachtige en dreigende sfeer ontstaan waarbij de ondernemer de consument te kennen heeft gegeven dat zij niet meer welkom was op de opvang. De consument heeft haar zoon dan ook niet meer naar de opvang kunnen brengen. Voor de gehele maand juli 2023 heeft de consument wel een factuur ontvangen hoewel zij voor haar zoon op 25,26, 27 en 31 juli geen gebruik meer mocht maken van de opvang en hij op die dagen niet is geweest. De ondernemer heeft verwezen naar algemene voorwaarden maar die zijn de consument niet bekend. Ook heeft de ondernemer verwezen naar afspraken die zouden zijn gemaakt met de oudercommissie maar de consument was zelf lid van de oudercommissie en die afspraken zijn haar evenmin bekend.
De consument verlangt dan ook een verrekening van de gemiste opvangdagen met de maandfactuur van juli 2023 van €1.554,80.
Standpunt van de ondernemer
De consument heeft de opvangovereenkomst voor haar zoon op 25 juli 2023 opgezegd. De consument verlangt een verrekening van opvangdagen omdat haar vanaf 25 juli 2023 de toegang tot de opvang werd ontzegd. De consument heeft gesteld dat zij niet op de hoogte was van de algemene voorwaarden van de ondernemer maar zij heeft zich met de ondertekening van de opvangovereenkomst akkoord verklaard met de inhoud van die voorwaarden. Daarbij was de consument lid van de oudercommissie en was het één van haar taken om voorwaarden en afspraken aan de andere ouders kenbaar te maken. Op grond van de voorwaarden van de ondernemer geldt een opzegtermijn van één maand waarover de consument een betalingsverplichting heeft.
De ondernemer bevestigt dat de consument na 25 juli 2023 de toegang tot de opvanglocatie is ontzegd. Op die datum heeft de consument zich agressief, scheldend en dreigend op de opvanglocatie gemeld toen zij de spullen van haar zoon kwam ophalen. Andere ouders en kinderen waren bij dit incident aanwezig waarbij sprake was van een onveilige situatie. Pas toen een medewerker van de locatie tot driemaal toe te kennen had gegeven de politie te zullen bellen heeft de consument het pand verlaten. De zoon bleef welkom op de opvang maar hij is vanaf 25 juli 2023 niet meer gebracht. Gelet op de opzegtermijn van een maand was er tot 26 augustus 2023 nog een opvangplaats voor de zoon bij de ondernemer beschikbaar. De ondernemer heeft de consument uit coulance geen opvangkosten voor de maand augustus 2023 in rekening gebracht.
De ondernemer stelt zich op het standpunt dat de consument geen recht heeft op verrekening van opvangdagen in juli 2023; die maand is de consument volledig verschuldigd.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De zoon van de consument werd sinds 18 augustus 2022 op vier dagen door de ondernemer opgevangen. De consument is bij het sluiten van de opvangovereenkomst met de inhoud van de algemene voorwaarden van de ondernemer akkoord gegaan. In het dossier bevindt zich een door de consument op 9 mei 2023 ondertekende (verlengde) opvangovereenkomst waarin is opgenomen: “Ondergetekende verklaart hierbij kennis te hebben genomen van de algemene voorwaarden en deze te aanvaarden”.
De ondernemer hanteert de Algemene voorwaarden voor Kinderopvang Dagopvang en Buitenschoolse opvang 2016 (hierna: algemene voorwaarden). In artikel 10 lid 4 sub a van deze algemene voorwaarden is opgenomen: “Opzegging vindt plaats door middel van een aan de andere partij gerichte gemotiveerde schriftelijke verklaring en met inachtneming van een opzegtermijn van één maand, in geval van opzegging door de ouder”. In lid 5 van ditzelfde artikel staat vervolgens: “Gedurende de opzegtermijn duurt de betalingsverplichting van de ouder voort”.
De consument heeft de opvangovereenkomst voor haar zoon op 25 juli 2023 opgezegd.
De consument heeft naar voren gebracht dat haar met ingang van die datum de toegang tot de opvang is geweigerd waardoor zij haar zoon niet meer naar de opvang heeft kunnen brengen en zij over de dagen vanaf 25 juli 2023 geen opvangkosten verschuldigd is. De ondernemer heeft aangevoerd dat de moeder na 25 juli 2023 niet meer welkom was op de opvang maar voor de zoon de mogelijkheid van opvang mogelijk is gebleven indien hij door een ander zou worden gebracht. De moeder heeft te kennen gegeven dat dit haar niet bekend was. Wat hier ook van zij, de consument heeft de opvanglocatie op 25 juli 2023 bezocht om de spullen van haar zoon op te halen, zo heeft zij verklaard, waaruit de commissie afleidt dat de consument vanaf 25 juli 2023 niet meer de intentie had om de zoon naar de opvang te (laten) brengen.
Aangezien de consument op 25 juli 2023 de opvangovereenkomst voor haar zoon heeft opgezegd geldt, met in achtneming van een maand opzegtermijn, een betalingsverplichting tot en met 25 augustus 2023. De ondernemer heeft de consument uit coulance geen opvangkosten voor de maand augustus 2023 in rekening gebracht. Voor de maand juli 2023 is de consument de volledige vergoeding van € 1.554,80 conform de factuur van 19 juli 2023 aan de ondernemer verschuldigd.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Beslissing
De commissie verklaart de klacht van de consument ongegrond en wijst het verzochte af.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Kinderopvang, bestaande uit mevrouw mr. dr. E. Venekatte, voorzitter, de heer drs. T. Blom, mevrouw mr. M. Stroetenga, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. J.C. Quint, secretaris, op 19 april 2024.