Ondernemer hoeft consument geen specifieke fiscale situaties uit te leggen

Klachtenloket Kinderopvang



Commissie: kinderopvang    Categorie: Kosten    Jaartal: 2021
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: ongegrond   Referentiecode: 85815/108057

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De consument maakt gebruik van een gastouder in loondienst. De ondernemer incasseerde alleen een netto deel van de loonkosten, waardoor de kinderopvangtoeslag ook op dit bedrag werd gebaseerd. Klachten en vragen hierover zijn door de ondernemer niet beantwoord. De consument heeft hierdoor kosten moeten maken. De ondernemer stelt dat zij de consument geïnformeerd heeft over hoe de arbeidsrelatie in combinatie met de toeslag werkt, maar dat zij niet verantwoordelijk is voor verschillen/tekorten in de praktijk. Dat moet de consument zelf regelen, bijvoorbeeld met een accountant. De commissie oordeelt dat de ondernemer de consument voldoende heeft geïnformeerd over de toeslag en de kosten. Daarnaast is het maximum van wat vergoed kan worden door de belastingdienst aan de consument vergoed. De klacht is ongegrond.

Volledige uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft de kwaliteit van dienstverlening.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument klaagt over de manier waarop de ondernemer de overeenkomst heeft uitgevoerd c.q. de wijze waarop de ondernemer haar heeft bejegend en met haar vragen/klachten is omgegaan. De consument maakt gebruik van een gastouder die bij haar werkzaam is in loondienst. De ondernemer incasseerde slechts een netto deel van de loonkosten bij de consument zonder acht te slaan op de werkgeverslasten. Voor de kinderopvangtoeslag werd vervolgens alleen uitgegaan van dit nettobedrag. Daardoor is de consument ook alleen voor het nettobedrag gecompenseerd. De consument heeft hierdoor schade geleden. Door louter het nettoloon te incasseren en vragen over dit onderwerp categorisch niet te willen beantwoorden, heeft de ondernemer zijn zorgplicht jegens de consument geschonden.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De ondernemer heeft de consument vanaf het begin geïnformeerd over hoe de arbeidsrelatie werkt in combinatie met recht op toeslag. Dit had zij niet hoeven doen, omdat ze geen partij is. De ondernemer staat daarom los van de nakoming van die betreffende overeenkomst. De ondernemer heeft in de hoedanigheid van gastouderbureau een doorbetalingsfunctie, hetgeen inhoudt dat de te betalen vergoeding door de ondernemer bij de consument wordt geïncasseerd en vervolgens aan de gastouder wordt doorbetaald. De consument had enige discrepanties tussen de kinderopvangtoeslag en het bruto/nettoloon met een accountant moeten bespreken. Bovendien is een vergoeding van de kinderopvangtoeslag niet voor alle kinderen hetzelfde en geldt er een maximum uurtarief dat door de belastingdienst vergoed wordt.

De ondernemer verzoekt de klacht af te wijzen.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Uit hetgeen partijen over en weer hebben aangevoerd en ingebracht stelt de commissie als niet dan wel onvoldoende weersproken het navolgende vast. De consument heeft een discrepantie ondervonden tussen de betaling kinderopvangtoeslag en het brutoloon dat zij vanuit haar eigen bedrijf uitkeerde aan de gastouder. De ondernemer heeft haar in algemene zin daarover van voldoende informatie voorzien betreffende de soorten van opvang en de gevolgen voor eventueel recht op toeslag. De ondernemer had naar het oordeel van de commissie echter geen verplichting om de bruto-nettoverschillen voor de consument specifiek inzichtelijk te maken. Het strekt te ver van de ondernemer te verwachten specifieke fiscale situaties, die zich niet vaak voordoen, te kunnen toelichten. Dat kan ook niet gevraagd worden van de ondernemer, want deze is geen fiscaal specialist. Dat er (netto) betalingen liepen via de ondernemer conform het toeslagenstelsel doet hieraan niet af.

Voorzover de commissie kan nagaan heeft de consument geen schade geleden, want er wordt door de belastingdienst slechts een maximaal loon vergoed en dat maximum is ook vergoed. Los daarvan komt zij voor vergoeding niet in aanmerking nu de klacht ongegrond is.

Ten overvloede merkt de commissie op dat de ondernemer in deze zich in de communicatie richting de consument en haar advocaat professioneler had moeten opstellen althans haar formuleringen anders had dienen te kiezen in de uitleg aan consument. Te denken valt aan opmerkingen als “U bent een grappenmaker.” en “Wat zijn er veel incompetente mensen die een bordje advocatuur op hun deur mogen spijkeren”.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Kinderopvang, bestaande uit mevrouw mr. drs. E.I.P.M. Weijnen, voorzitter, mevrouw mr. S.A.M.F. Sjoukes, de heer mr. P. P. van der Neut, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. C.C.J. Laenen, secretaris, op 12 november 2021.