Geen eenzijdige wijziging opvanglocatie

Klachtenloket Kinderopvang
Print Friendly, PDF & Email



Commissie: BSO    Categorie: Contract    Jaartal: 2015
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 2010-44777

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Ondernemer mag de opvanglocatie van de kinderen niet zomaar wijzigen. De ondernemer is aangesloten bij de brancheorganisatie. De Algemene voorwaarden van de brancheorganisatie staan eenzijdige wijzigingen niet toe.

Het geschil betreft de vraag of de ondernemer op goede gronden de kinderen van de consument, zonder diens instemming, heeft kunnen overplaatsen naar een andere locatie.   De consument heeft hiertegen aanvankelijk mondeling, en later schriftelijk bij brief van 15 maart 2010, bezwaar gemaakt bij de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Zijn kinderen zitten al enkele jaren op [de locatie1]. Ze hebben het er erg naar hun zin, zijn gehecht aan de locatie, de leiders en hun vriendjes. De overplaatsing naar [de locatie2] betekent een achteruitgang. De kinderen worden uit hun vertrouwde omgeving weggerukt. De nieuwe locatie is qua akoestiek en ventilatie erg slecht. De ruimte is kleiner, er is geen beschutte speelplaats, de gymzaal kan niet als zodanig gebruikt worden, er is geen rustruimte, de verkeersveiligheid rondom de locatie is minder en [de wijk], waar de nieuwe locatie gevestigd is, is een probleemwijk, anders dan [de huidige wijk], waar [de locatie1]’ zich bevindt. Al met al is sprake van een geringere kwaliteit tegen dezelfde prijs. Ook staan er alweer twee nieuwe verhuizingen in de planning. Daarenboven is sprake van een overeenkomst, waarin uitdrukkelijk [locatie1] staat vermeld, zodat de ondernemer gehouden is op die plek de opvang te bieden. Andere kinderen met eenzelfde contract mogen wel op [locatie1] blijven. Het recht dat de ondernemer zich door de verandering van haar ‘Spelregels’ heeft toebedeeld om eenzijdig de locatie van plaatsing te wijzigen is bij de aanbieding van de nieuwe Spelregels en het geven van de toelichting op de doorgevoerde wijzigingen niet aan hem kenbaar gemaakt. Bovendien is het in strijd met de Algemene voorwaarden van [de branchevereniging]. Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. Hij heeft destijds zeer bewust de keuze gemaakt voor de school waarop zijn kinderen zitten en de opvang waar zij naartoe gaan. [Locatie1] bleek het beste aan te sluiten bij wat zijn kinderen nodig hebben. Qua BSO is gekozen voor een locatie die niet alleen goede faciliteiten biedt, maar die ook gelegen is in een veilige omgeving, zodat de kinderen zelfstandig buiten kunnen spelen. De BSO ligt weliswaar op enige afstand van de school, maar die is goed beloopbaar voor de kinderen. De ophaalproblematiek die de ondernemer aanhaalt was er al, dus het is onbegrijpelijk dat dat als argument wordt gebruikt De ondernemer heeft aangeboden voor zijn oudste zoon een uitzondering te maken zodat die op [locatie1] zou kunnen blijven. Dat is voor de consument geen optie; voor beide zoons gelden dezelfde argumenten en omstandigheden. Zijn kinderen gaan sinds eind augustus 2010 naar de nieuwe locatie. Ze vervelen zich daar, zitten alleen maar achter de Wii en kunnen, en mogen, niet de wijk in. De consument wil dat zijn beide kinderen wederom op [locatie1] worden opgevangen.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De [locatie1]-kinderen’ werden door haar voorheen opgevangen op twee verschillende locaties. Naar de ene locatie, elders in [de wijk], werden de kinderen per bus vervoerd. Naar [locatie2], in [de wijk2], konden de kinderen lopen. De vraag naar opvang, zowel van ouders van [locatie1]-kinderen, als ten aanzien van kinderen die in [locatie2] naar school gaan is toegenomen, zodat voor beide locaties wachtlijsten bestaan. Vooruitlopend op de in de toekomst te realiseren nieuwe ‘Brede School’ deed zich de mogelijkheid voor een (tijdelijke) opvang te creëren op het terrein van de [locatie2] zelf. De ondernemer heeft ervoor gekozen alle kinderen van deze school op deze locatie te gaan opvangen. Voor de [locatie2]-kinderen betekent dat dat zij niet langer behoeven te lopen of vervoerd behoeven te worden naar een andere locatie. Voor de [locatie1]-kinderen betekent het dat zij in hun eigen wijk kunnen worden opgevangen. De nieuwe locatie is door haarzelf eerder weliswaar ongelukkigerwijs als ‘noodlocatie’ aangeduid, maar kwalitatief doet hij niet onder voor [de vorige locatie]. Onderzoek heeft geen gebreken qua akoestiek en ventilatie aan het licht gebracht en zij hoort hier ook geen klachten (meer) over. De ruimte is kleiner, maar het aantal op te vangen kinderen ook. Er is bewust voor gekozen het speelterrein niet af te schermen en kinderen ‘van buiten’ niet te weren. Een en ander past ook in het voorgenomen ‘Brede School-concept’. De gymzaal kan gewoon gebruikt worden en als er behoefte is aan een rustruimte, kan die gecreëerd worden. De verkeersveiligheid is niet slechter dan op [de vorige locatie]. Voordeel is juist dat de kinderen niet langer naar hun BSO hoeven te lopen, hetgeen ook het kruisen van het spoor behelsde. Dat [de wijk] een probleemwijk is, is een feit. De consument heeft er echter zelf voor gekozen om zijn kinderen daar op school te doen. Voor de toekomst liggen er overigens allerlei verbeterplannen voor de wijk. Wat betreft de toekomst klopt het dat de locatie wederom gewijzigd gaat worden, maar de kinderen van de consument zullen dit niet meer meemaken, omdat zij dan al te oud zijn voor de opvang. Het is het goed recht van de ondernemer om haar voorwaarden te wijzigen om zo het door haar gewenste doel te kunnen realiseren. Zij betwist daarmee in strijd met [de branche-voorwaarden] te handelen. Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. Er is geprobeerd de overplaatsing zo zorgvuldig mogelijk te laten geschieden; gefaseerd, en rekening houdend met eventuele bijzondere belangen of omstandigheden. In enkele individuele gevallen is ook afgezien van de overplaatsing om pedagogische redenen. Ook in het geval van de oudste zoon van de consument is dit voorgesteld; deze zou op [de oude locatie] kunnen blijven. Overigens is het alle oudere kinderen die dit van hun ouders ook mogen, toegestaan om zelfstandig naar de oude locatie te lopen om daar te gaan spelen, als zij dat willen. De ondernemer erkent dat de kinderen op [de locatie] niet veilig en vrijelijk het terrein kunnen en mogen verlaten. De ondernemer heeft de kinderen – in zijn algemeenheid – op de nieuwe locatie laten observeren. Zij heeft gerapporteerd dat alle kinderen, dus ook die van de consument, het daar naar hun zin hebben en goed functioneren.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen. Op de plaatsingsovereenkomst van 2006, en die van de jaren erna, is als BSO-locatie uitdrukkelijk [de oude locatie] vermeld. De ondernemer heeft gesteld dat het haar vrijstaat haar leveringsvoorwaarden eenzijdig aan te passen, doch zulks blijkt niet uit de tekst van de voorwaarden zelf. Daarenboven verhoudt dit zich niet met de Algemene voorwaarden van [de branche], waaraan zij ook gebonden is en die een eenzijdige wijziging van die voorwaarden nu juist niet toestaan.   Laatstbedoelde voorwaarden bepalen verder in artikel 3 onder meer dat bij het verschaffen van informatie aan een consument bedoeld om deze in staat te stellen een keuze te maken voor een bepaalde opvang, essentieel is ‘de aard en de omvang van de in of via de vestiging te verlenen opvang’, hetgeen benadrukt dat de specifieke locatie een belangrijke rol speelt. De consument heeft uitvoerig toegelicht waarom zijn keuze destijds nu net op deze locatie is gevallen en diens betoog in deze is door de ondernemer niet weersproken.   De consument heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat, bezien tegen de achtergrond van de gemaakte afspraken en de motieven die hem destijds tot zijn keuze hebben geleid, de opvang op [locatie2] niet als gelijkwaardige opvang aan de overeengekomen opvang in [locatie1] kan worden beschouwd. Erkend door de ondernemer is immers dat de kinderen anders dan op [locatie1] niet veilig en vrijelijk het terrein kunnen en mogen verlaten. Voor [locatie2] geldt dat de kinderen op de qua omvang bescheiden speelplaats moeten blijven, hetgeen gezien de verlangens en uitgangspunten van de consument bij de keuze voor [locatie1] als wezenlijke achteruitgang moet worden beschouwd. Conclusie luidt dan ook dat de ondernemer door de kinderen zonder instemming van de ouders naar de nieuwe locatie over te plaatsen tekortschiet in de nakoming van de gesloten overeenkomst.   De klacht is dan ook gegrond.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De ondernemer moet de kinderen van de consument wederom opvang aanbieden op [locatie1], zulks met ingang van uiterlijk een maand na de verzending van deze beslissing.   Overeenkomstig het reglement van de commissie dient de ondernemer de consument een bedrag van € 50,– te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten een bedrag verschuldigd van € 50,–.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Kinderopvang, op 19 november 2010.