Mag de kinderopvangorganisatie het contract met een ouder, die tevens OC-lid is, opzeggen wanneer deze in zijn functie als OC-lid het niet eens is met het beleid van de opvang?
Soms kan het tot lastige situaties leiden, wanneer een ouder lid is van de oudercommissie (OC). Daarbij is het belangrijk te onthouden dat een lid van de OC de organisatie adviseert als vertegenwoordiger van alle ouders en niet alleen als ouder van een bepaald kind. De houder moet de taken van het oudercommissielid los zien van de rol als ouder.
Geschillen tussen een OC-lid en de houder over het uitvoeren van regulier oudercommissiewerk kunnen in geen geval leiden tot het opzeggen van de kindplaats van die ouder door de houder. Onder regulier oudercommissiewerk vallen alle activiteiten van de OC die zijn opgenomen in het reglement van de OC. Er bestaat een modelreglement Oudercommissie, dat is opgesteld door BOinK, Brancheorganisatie Kinderopvang en Sociaal Werk Nederland. Kinderopvangorganisaties kunnen dit reglement gebruiken.
Het modelreglement schrijft onder andere voor dat de houder wel kan verzoeken om een lid van de OC voor een bepaalde periode uit te sluiten van de werkzaamheden van de OC. Een dergelijk verzoek kan alleen worden gedaan wanneer het betreffende lid het overleg met de houder, dan wel de werkzaamheden van de OC, ernstig belemmert. Onder ernstige belemmering wordt verstaan dat de doelen van de oudercommissie, zoals het creëren van een werkbare situatie die recht doet aan de belangen van alle ouders, niet worden nagestreefd. De ondernemer kan juridische stappen ondernemen om het verzoek tot uitsluiting tot uitvoering te brengen.
Daarnaast staat in het modelreglement dat de overige leden van een oudercommissie of ouders van kinderen die opvang krijgen binnen de organisatie kunnen vragen om het aftreden van een oudercommissielid, wanneer zij het vertrouwen hebben verloren in het OC lid. De houder kan hierop in gesprek gaan met het betreffende lid en hem/haar verzoeken om af te treden. Daarna heeft de houder de mogelijkheid om bij de overige leden van de oudercommissie en ouders alle (of bepaalde werkzaamheden) van het lid van de oudercommissie ter discussie te stellen.